Woordenlijst

Voor je in Italië een huis koopt via een makelaar of direct, zou het handig kunnen zijn een basis woordenschat te hebben van de Italiaanse woorden die je tegen gaat komen. Als je gaat emigreren naar Italië raden we zeker aan Italiaans te leren. Hieronder een woordenlijst met Italiaanse woorden die bij de zoektocht naar een huis of vakantiewoning in Italië van pas komen.  

Italiaanse woordenlijst

DE BETROKKEN PERSONEN Agenzia – immobiliare makelaar Il notaio – De notaris Il ragioniere – De accountant L’avvocato – De advocaat Il commercialista – Accountant Il geometra – Landmeter, kleine aannemer, maar ook taxateur en opzichter L’ingegnere – Ingenieur, bouwkundige Il costruttore – De projectontwikkelaar / aannemer L’architetto – De architect ANDERE TERMEN Il catasto – Het kadaster Vendesi – Te koop aangeboden Il mutuo ipotecario – De hypotheek L’acconto – De aanbetaling, voorschot La clausola condizionale – Ontbindende voorwaarden Il compromesso – Voorlopige koopovereenkomst L’atto – De koopakte Le tasse – De belastingen Il rogito – De notariële akte L’atto di compravendita / titolo d’acquisto – De koopakte La caparra – De aanbetaling, borg Anticipo di pagamento – De aanbetaling bij ondertekening van voorlopig koopcontract La procura – De volmacht La bolletta – De rekening, nota Il bollo – Belastingzegel van de overheid L’imposta comunale sugli immobili (ICI) – De onroerend goedbelasting L’imposta sul reddito delle persone fisiche IRPEF) – De inkomstenbelasting Ammortizzare – Afbetalen / aflossen La metratura – De afmetingen La concessione edilizia – De bouwvergunning Permesso comunale – Gemeentelijke (bouw-)vergunning L’annesso – De aanbouw Il condominio – Vereniging van eigenaren Codice fiscale – Fiscaal nummer Servitù di passagio – Recht op overpad Piano regolatore – Bestemmingsplan